Weer zo’n geweldig boek uit de collectie van Uitgeverij Billy Bones. Dit boek is zo onwijs tof omdat het ‘oud’ is, maar ook nieuw, spannend maar ook lief en je verveeld je geen seconde. Kijk maar snel verder, om een klein beetje het idee te krijgen waar het verhaal over gaat.
Iedereen op de kermis kijkt raar op als er na een hagelbui opeens een grote, zwarte tent tussen hun kramen wordt opgezet. De jonge poppenspeelster Matje is razend nieuwsgierig naar de Engelssprekende nieuwkomers. Zouden deze mensen haar iets kunnen vertellen over Amerika, het land van haar dromen?
Wat ze niet weet is dat de komst van de nieuwe kermisreizigers haar hele leven overhoop zal gooien. Na een vernietigende brand slaat Matje met haar zusje Kee, vriend Puf en aapje Toets op de vlucht. Ze slepen een koffer met wonderlijke inhoud mee. Wat heeft deze inhoud te betekenen? En zal het de kinderen lukken hun grote droom waar te maken?
Matje en Kee staan er alleen voor sinds het ongeluk dat hun hun ouders ontnam. Ze zijn overgeleverd aan de grillige circusbaas Bonker. Zijn zoontje Puf praat niet en sommige zeggen zelfs dat hij doof is, maar Kee kan het super goed met hem vinden, en ook Matje tolereert hem als gezelschap. Matje en Kee bestieren samen de poppenkast met de poppen van Jan Klaassen en Katrijn. Wanneer er op een avond iets ergs gebeurd en Matje daar de schuld van krijgt, gaan ze er met z’n drieën vandoor, of met z’n vieren eigenlijk want Matje haar aapje Toets gaat ook mee. Ze besluiten naar een circus in Amsterdam te reizen, maar voor drie circus kinderen met een klein aapje op de arm is dat nog een helse onderneming. Ze ontdekken dingen die het daglicht nooit hadden mogen aanschouwen en daardoor wordt hij reis nog belangrijker…. en gevaarlijker. Alleen Kee kan lezen en schrijven en ook een klein woordje(oortje) over de grens en dus hangt er veel van haar af.
Wat vind ik van dit boek;
Dit verhaal is super spannend, meteen vanaf het begin al, omdat Bonker zo’n rotzak is en Matje zo’n ontzettend bijdehandje dat de ellende haar wel lijkt te achtervolgen. Kee en Puf zijn samen super lief en dat brengt weer een beetje balans in het verhaal. Het leuke (voor mij dan) is dat het verhaal zich in Noord-Holland afspeelt, van Amsterdam tot Drenthe, dus ik herken ook veel dingen, en dat is altijd leuk. Dat kun je allemaal zien op de kaart die voorin het boek afgebeeld staat.
De cover heeft eigenlijk alles dat je in het verhaal leest, van Toets tot de koffer en van de treinkaartjes tot aan …. sjah, dat mag je zelf lezen.
Dat het een verhaal van hoop en vrees is, is één ding dat zeker is. Het is een prachtig verhaal dat door de zusjes, Puf en Toets tot leven gebracht wordt door hoe ze beschreven worden, en hoe ze met elkaar zijn. Een ware beleving van kermis naar kermis zonder je ook maar één seconde te vervelen. Ook ‘Leeuw met de strepen’ is van deze twee geweldige dames en net als dat boek leest ook dit boek weer wonderbaarlijk vlot weg, wat heerlijk is maar ook erg jammer. Het speelt zich héél lang geleden af maar dat maakt niks uit voor de beleving van het verhaal, want op sommige dingetjes na merk je daar niks van, het geeft juist een extra dimensie aan het verhaal dat het zo ‘oud’ is.
Marlene Rebel en Lucinda Vos vormen het team van MALU projecten. Ze schrijven samen al twintig jaar voor basisschool materialen maar nu schrijven ze sinds 2017 ook korte en lange verhalen voor kinderen in de basisschool leeftijd. In Juli 2020 kwam ‘Leeuw met strepen’ uit en afgelopen Juli kwam ‘Onze lange reis met het hoofd in de koffer uit’. Natuurlijk hebben ze ook Instagram en die kun je bereiken via deze link, derebelsevos.
Voor wie dit geweldig gave, spannende en lieve boek wil hebben, gaat met een sneltreinvaart naar de BillyBonesShop en zorgt dat de boekenkast weer aangevuld wordt, héél veel plezier gegarandeerd.
